bodemleven

Het is niets nieuws

Bor Borren permacultuur

Op de rommelmarkt in het dorpje Beusichem vond ik een leuk boekje: ‘Biologische groenteteelt en bemesting’ van Ewald Könemann. De oorspronkelijke Duitse uitgave stamt uit 1956 en deze vertaling uit 1974. Het is erg verrassend om te lezen hoe actueel de informatie is. De probleemstellingen en de oplossingen komen overeen met nu. De schrijver constateerde toen al dat de kwaliteit van het voedsel sterk achteruit ging.

Een boer die suikerbieten verbouwt, wordt afgerekend op de hoeveelheid suikers die de suikerbieten bevatten. Groente en fruit in de supermarkt zijn ‘vogelvrij’. De producent wordt niet afgerekend op de voedingswaarde, maar op de ‘verpakking’, dus hoe perfect en schoon het eruit ziet. Het liefst is alles ook even groot en uiteraard is geld ook een factor. Ewald Könemann zou schrikken als hij zou horen dat kasgroentes tegenwoordig op glaswol worden gekweekt. Je kunt eigenlijk spreken van plofpaprika’s en bomtomaten. Het zijn opgefokte groentes met weinig smaak en voedingswaarden. De consument weet niet beter, is vergeten hoe het er vroeger uitzag of het smaakgeheugen is verdwenen.

De grond bepaalt de smaak

Wijnkenners en olijfolie liefhebbers weten dat de grond waar de plant of boom in groeit de smaak bepaalt. Dit werkt bij groente en fruit precies hetzelfde. De kwaliteit van de bodem bepaalt de kwaliteit van de planten en van de vruchten. Dit is omdat de bodem de plant voeding geeft en niet andersom. Eigenlijk is de uitdrukking ‘de planten water geven’ niet correct. Je geeft de bodem water en het bodemleven zorgt ervoor dat de plant het water kan opnemen. Wat wij als mens kunnen doen, is zorgen dat de bodem de juiste bemesting krijgt. Ook is het belangrijk dat de aarde een gezond bodemleven kan opbouwen. Hier kunnen wij bij helpen door compost te maken, de grond te beschermen met mulch (organisch materiaal) en de bodem rust geven.

Een negatieve spiraal

Met de introductie van kunstmest en pesticiden is er een negatieve spiraal ontstaan waarbij we niet meer voor de bodem zorgen, maar deze juist vernietigen. De chemicaliën verstoren namelijk de natuurlijke kringloop. Ook door het ploegen krijgt de bodem geen kans om zich te herstellen en de monocultuur haalt eenzijdig de aanwezige voeding op grote schaal uit de grond. Hoe ver moeten we nog gaan!?

Dit verhaal is geen nieuw verhaal. Maar, gek genoeg, als ik het heb over voedingswaarden in groente, word ik vreemd aangekeken. De mensen denken: ‘waar heeft hij het over?’. Je ziet de voedingsstoffen niet, maar ze zijn wel te meten met een refractometer. Deze meet de nutriëntendichtheid, dus de dichtheid van de suikers, eiwitten en mineralen. Hoe hoger de dichtheid, hoe meer energie er beschikbaar is voor ons lichaam. Wellicht komen er in de toekomst bordjes in de supermarkt waarop de voedingswaarden vermeld staat. Dan wordt het verschil tussen biologische en reguliere voeding écht zichtbaar.

De kern van het boekje is welke samenstellingen van bemesting het beste zijn voor bepaalde soorten grond en planten. Dit laat Ewald Könemann zien met veel tabelletjes over verhoudingen van stikstof, koolstof, kalium, fosfor, kalk en soorten diermest. Veel details dus over wat je de aarde te eten geeft. Maar bespreekt hij ook de verzorging van de planten zelf? Nee, want de plant zelf is niet essentieel, het gaat om de compost, dus om hoe je de aarde verwent. De rest van de tuin is bijzaak.

Contact

Wilt u advies over compostering of een permacultuur ontwerp?
Neem contact op voor een vrijblijvende offerte.